Op 8 mei 2024 verscheen in het EU-publicatieblad de vierde herziening van de Energy Performance of Buildings Directive (EPBD-richtlijn). De EPBD-richtlijn is de belangrijkste Europese richtlijn voor het duurzaam (ver)bouwen en het verbeteren van de energieprestatie van gebouwen, waarbij het doel is om het energiegebruik van gebouwen terug te dringen. Een belangrijk onderdeel van de herziening van de EPBD-richtlijn is de wijziging van de op dit moment geldende eisen voor Bijna Energieneutrale Gebouwen (BENG) naar de norm van de zero-emission building (ZEB). De vierde herziening van de EPBD-richtlijn (EPBD IV) heeft ingrijpende gevolgen voor zowel bestaande bouw als nieuwbouw. Op het congres ‘Het energielabel van de toekomst’ op 30 januari 2024 hoor je de laatste ontwikkelingen: onmisbaar voor de EP adviseur!
Artikel 4.148 Besluit bouwwerken leefomgeving (Bbl) bepaalt dat een bouwwerk moet voldoen aan de BENG-eisen. Dit doel komt voort uit het Energieakkoord voor duurzame groei en de EPBD-richtlijn. De energieprestatie voor BENG wordt vastgesteld aan de hand van drie eisen (artikel 4.149 Bbl): de maximale energiebehoefte in kWh per m2 gebruiksoppervlakte per jaar, het maximale primair fossiel energiegebruik in kWh per m2 gebruiksoppervlakte per jaar en het minimum aandeel hernieuwbare energie in procenten van de maximale energiebehoefte. Artikel 4.148 lid 2 Bbl stelt de BENG-eisen per gebruiksfunctie vast. Er gelden geen eisen voor de gebruiksfuncties ‘industriefunctie’, ‘overige gebruiksfunctie’ en ‘bouwwerken geen gebouw zijnde’. Afdeling 6.4 Bbl stelt regels voor gebouwen die zien op de energielabelsystematiek.
In EPBD IV wordt onder meer het begrip zero-emission building voor de gebouwde omgeving geïntroduceerd. Emissievrije gebouwen worden de nieuwe standaard voor nieuwe gebouwen en vervangen daarmee de BENG-eisen. Vanaf 1 januari 2028 geldt voor nieuwe overheidsgebouwen en vanaf 1 januari 2030 geldt voor alle andere nieuwe gebouwen dat zij geen emissies uit fossiele brandstoffen meer mogen uitstoten. In 2050 moeten alle bestaande gebouwen een ZEB zijn.
Volgens de bewoordingen uit de herziening van de EPBD-richtlijn wordt in een emissievrij gebouw de zeer lage energievraag volledig gedekt door energie uit hernieuwbare bronnen, indien technisch haalbaar. De herziene richtlijn bespreekt verschillende opties om efficiënte gebouwen te laten voorzien van energie uit hernieuwbare bronnen: ter plaatse opgewekte energie zoals thermische of fotovoltaïsche zonne-energie, warmtepompen en biomassa, hernieuwbare energie die wordt geleverd door hernieuwbare-energiegemeenschappen of energiegemeenschappen van burgers, en stadsverwarming en -koeling op basis van hernieuwbare energie of afvalwarmte. ZEB staat aldus voor een zeer lage energievraag. Lidstaten bepalen zelf wat dit betekent, maar het betekent in ieder geval géén emissies van fossiele brandstoffen op het perceel.
Met EPBD IV wordt een belangrijke bijdrage geleverd aan de doelstellingen die zien op de beperking van broeikasgasemissies en het finale energiegebruik van nieuwe gebouwen vanaf 2028 - 2030 en bestaande gebouwen vanaf 2050. Ook de visie voor 2050 is duidelijk: een emissievrij gebouwenbestand in de gehele Europese Unie. Deze transitie zal financieel niet pijnloos zijn. Op het congres ‘Het energielabel van de toekomst’ op 30 januari 2024 hoor je de laatste ontwikkelingen: onmisbaar voor de EP adviseur!